Klaaglied voor een kamerplant (2008)

ik weet nog van vroeger
toen groeiden we samen;
om wie het hardst ging,
en hij altijd net iets hoger.
we wisten niet waarom;
samen reikten we,
want reiken leek het hoogste,
we vingen vliegen in de zomer.

ook al hebben we nooit
echt zonlicht gezien,
we ontvouwden bladeren
met groen,
we zogen de potgrond leeg.
de zon komt vast morgen wel,
ergens in mijn levensjaar.

ik groei nog steeds,
maar hij hangt er gewichtig bij,
steeds droger, steeds bruiner,
zo breekbaar en zo broos.
nu zie ik pas,
hoe mooi we samen zijn;
de een groeit,
de ander verdort.

samen zijn we in balans.

ik weet nog van vroeger,
toen bekommerden we ons niet
om dat soort dingen.

ik weet het niet.

ik mis hem toch.